2022/40 Zorgvuldig

M. Fennema / R. Zut, F. Hoogendoorn en de hoofdredacteur van het Noordhollands Dagblad/Schager Courant

Samenvatting

R. Zut, F. Hoogendoorn en het Noordhollands Dagblad/Schager Courant (gezamenlijk: NHD/Schager Courant) hebben
journalistiek zorgvuldig gehandeld tegenover de heer M. Fennema (klager), die zelf de publiciteit heeft gezocht. In het artikel “Verplicht van het gas af” is evenwichtig bericht over de door klager aangekaarte kwestie, waarbij op een adequate wijze aandacht is besteed aan zijn visie. Verder heeft NHD/Schager Courant serieus op de klacht gereageerd.

Conclusie van de Raad voor de Journalistiek
inzake de klacht van

M. Fennema

tegen

R. Zut, F. Hoogendoorn en de hoofdredacteur van het Noordhollands Dagblad/Schager Courant

De heer M. Fennema te Schagen (klager) heeft op 28 augustus 2022 een klacht ingediend tegen de heer R. Zut, journalist, de heer F. Hoogendoorn, redactiechef, en de hoofdredacteur van het Noordhollands Dagblad/Schager Courant (hierna gezamenlijk: NHD/Schager Courant). Bij de beoordeling van de klacht is verder correspondentie betrokken van NHD/Schager Courant van 4 oktober 2022.

De klacht is behandeld op de zitting van de Raad van 14 oktober 2022. Klager is met voorafgaand bericht van verhindering niet verschenen. Namens NHD/Schager Courant waren Zut, Hoogendoorn en de heer J. ’t Hart, adjunct-hoofdredacteur, aanwezig.

DE FEITEN

Op 24 juli 2022 heeft klager aan Zut een brief met bijlagen gestuurd met als onderwerp “Onterecht uitsluiten aardgas wegens gebrek aan wettelijke grondslag”. In zijn brief heeft klager onder meer het volgende geschreven:
“Ik wil het volgende onder uw aandacht brengen:
Op 9 december 2021 is het dictaat ‘Meerjarige Prestatieafspraken 2022-2026’ van de gemeente Schagen en partners verschenen, wat mijns inziens meer thuishoort in een autocratie.
Bij hoofdstuk 4.2.9 staat vermeld dat bij mutatie de gastoevoer naar de keuken afgesloten wordt en nieuwe huurders ‘gedwongen’ worden tot elektrisch (inductie) koken. Wat in mijn geval dus is gebeurd en inmiddels vele ‘mutanten’ met mij. Deze preambule heeft geen enkele juridische kracht en van dwang kan dan ook geen sprake zijn.”
en:
“Ook de kosten voor deze aanpassingen komen voor rekening van de nieuwe huurder. Ongekend schandalig!”
en:
“Tot slot, uit brieven die Wooncompagnie heeft verspreid in de wijk Muggenburg, blijkt dat huurders tegen € 50 meer huur in de maand (subsidiabel) een duurzaamheidspakket krijgen aangeboden (…). Terwijl aan de andere kant van Schagen huurders, waarvoor hetzelfde doel geldt, daarvan worden uitgesloten en op hoge kosten worden gejaagd.”
Naar aanleiding van die brief heeft Zut klager thuis bezocht om over de kwestie te praten en foto’s te maken van de keuken van klager. Vervolgens is op 29 juli 2022 in NHD/Schager Courant een artikel van de hand van Zut verschenen met de kop “Verplicht van het gas af”.
De intro van het artikel luidt:
“Wooncompagnie ‘dopt het keukengas af’ bij wie een huurwoning verlaat en verplicht nieuwe huurders een inductiekookplaat te kopen. ,,Schandalig, harde dwang”, vindt huurder Melle Fennema uit Schagen.”
Het artikel bevat onder meer de volgende passages:
“,,Niks aan de hand, want we waarschuwen kandidaten voor een huurwoning vooraf en die kunnen dus ook ‘nee’ zeggen. Bovendien worden hun energielasten zo juist drastisch verlaagd”, stelt woordvoerster Mariska Veenstra van de woningcorporatie.”
en:
“Er is volgens Veenstra geen wettelijke grondslag nodig om dit wel of niet te doen. ,,Vanuit de energietransitie is dit de aanpak die wij kiezen. De meeste bewoners zijn hier blij mee.” Melle Fennema vindt echter niet dat dit allemaal zomaar kan. ,,Huurders worden zo op kosten gejaagd, want die apparaten zijn duur en niet iedereen kan dat zomaar betalen.”
Hij verhuisde op 1 juni vanuit zijn appartement in de A. Mauvestraat in Schagen naar de bovenste etage in hetzelfde complex. ,,Dat wilde ik graag omdat het een stuk groter is dan wat ik had. In mijn vorige appartement had ik nog een gasfornuis. Dat wilde ik meeverhuizen naar mijn nieuwe appartement dat me werd toegewezen. De bewoner daarvan vertrok er op 2 mei. Wooncompagnie dopte daarna de gasleiding in de keuken af en bracht een perilex stopcontact voor elektrisch koken aan. Aan mijn gasfornuis heb ik dus niets meer. Ik word nu verplicht om zo’n inductiekookplaat te kopen.”
Volgens eigen zeggen was Fennema daarover vooraf niet goed geïnformeerd.”
en:
“Fennema toont een brief van Wooncompagnie aan een inwoner uit de Schager wijk Muggenburg waarin staat dat diens bestaande huurwoning helemaal gasloos zal worden gemaakt. ,,Daar krijgen huurders tegen vijftig euro meer huur in de maand een duurzaamheidspakket aangeboden met daarin dakisolatie, zonnepanelen, warmtepomp, én een inductiekookplaat. Terwijl aan de andere kant van Schagen huurders, waarvoor hetzelfde doel geldt, daarvan worden uitgesloten en op hoge kosten worden gejaagd.”
Het riekt volgens Fennema naar discriminatie. ,,Deze misstanden kunnen weleens een grote groep nieuwe huurders in de gemeente Schagen en omstreken ten onrechte financieel gaan raken of al hebben geraakt.””
en:
“Ook de gemeente Schagen wil er wel iets over zeggen. Woordvoerder Ans Heijne: ,,Het aanschaffen van een inductiekookplaat kost geld. Daarentegen kost het aanschaffen van een fornuis dat op gas werkt ook geld. Wij zijn niet bekend met wet- of regelgeving op grond waarvan dit niet zou zijn toegestaan.””

DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

Klager stelt – kort samengevat – het volgende. NHD/Schager Courant heeft onvolledig verslag gedaan, omdat in het artikel niet is gewezen op door hem aangeleverde bronnen, terwijl dat in andere artikelen wél gebeurt. Uit de Meerjarige Prestatieafspraken 2022-2026 van de gemeente Schagen en partners – waaronder Wooncompagnie – blijkt van dwang voor bewoners om van het gas af te gaan, terwijl dat wettelijk niet is toegestaan. Dat kan pas als de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (hierna: Wgiw) in werking is getreden en dat is vermoedelijk op 1 januari 2024. Bovendien blijkt uit het Programma Aardgasvrije Wijken dat op dit moment slechts proeven worden gedaan met aardgasvrije wijken. Met die informatie wilde klager inwoners van Schagen zich ervan bewust maken dat de dwang niet is toegestaan, zodat zij zich niet onnodig op hoge kosten laten jagen en zich niet in de schulden steken vanwege de gewekte suggestie dat de gemeente en haar partners dwang kunnen uitoefenen. Uit het artikel blijkt onvoldoende dat klager niet alleen een mening heeft, maar zijn standpunt over de dwang baseert op feiten, zoals het ontbreken van wet- en regelgeving. Dat is extra kwalijk, omdat de gemeente en Wooncompagnie wél aan het woord komen over wet- en regelgeving, zonder dat zij zich uitlaten over de Wgiw.
Verder meent klager dat hem ten onrechte de woorden “Schandalig, harde dwang” in de mond zijn gelegd, is in de passage over de wijk Muggenburg ten onrechte het woord ‘subsidiabel’ achterwege gelaten en is ten onrechte niets vermeld over de mogelijkheden die al dan niet bestaan voor inwoners die de inductiekookplaten niet kunnen betalen.
Tot slot vindt klager dat Hoogendoorn zijn klacht onprofessioneel heeft afgehandeld door niet inhoudelijk te reageren op de klacht die hij aanvankelijk naar de ombudsredactie heeft gestuurd. Verder is NHD/Schager Courant ten onrechte niet tot rectificatie overgegaan, aldus klager.

NHD/Schager Courant stelt daar – eveneens samengevat – het volgende tegenover. De brief van klager vormde de aanleiding voor het artikel. Klager heeft daarin een interessant actueel thema aangekaart dat meer mensen treft. De redactie besteedt daar graag aandacht aan, maar moet – en mag – daarbij wel een selectie maken uit de informatie die is aangedragen, omdat de ruimte niet onbegrensd is en de informatie voor de lezers behapbaar moet zijn.
De woorden “Schandalig, harde dwang” die in de intro zijn opgenomen, zijn weliswaar niet letterlijk in die volgorde door klager uitgesproken, maar behelzen een juiste parafrase van wat klager van de kwestie vindt.
Verder meent NHD/Schager Courant dat het artikel evenwichtig is – klager komt net als andere partijen veel aan het woord – en dat daarin waarheidsgetrouw verslag is gedaan van de kwestie die klager aan de orde wilde stellen. De door klager gewenste toevoegingen geven geen ander beeld van de situatie en er is geen sprake van feitelijke onjuistheden. Voor een rectificatie bestond dan ook geen aanleiding.
Ten slotte voert NHD/Schager Courant aan dat de klacht serieus is bekeken. Klager heeft op 1 augustus 2022 bezwaar gemaakt tegen het artikel. Daarop heeft Hogendoorn al op 8 augustus 2022 keurig en inhoudelijk gereageerd, waarbij hij klagers bezwaren van de hand heeft gewezen. Vervolgens heeft klager zich tot de ombudsredactie gewend. Toen Hoogendoorn van klager bericht ontving dat hij niets hoorde van de ombudsredactie, heeft hij klager van de juiste contactinformatie voorzien. Daarbij had eigenlijk verduidelijkt moeten worden dat de ombudsredactie schrijft over consumentenzaken en niet gaat over klachten over de redactionele inhoud. Doordat dit niet is gebeurd en een antwoord van de ombudsredactie is uitgebleven, zijn bij klager wellicht frustraties ontstaan. Op de zitting zijn voor deze gang van zaken excuses gemaakt.

BEOORDELING VAN DE KLACHT

De Raad stelt vast dat klager zelf de publiciteit heeft gezocht. Er is vervolgens kennelijk een discrepantie ontstaan tussen de verwachtingen van klager en de journalistieke werkelijkheid. Dit valt NHD/Schager Courant echter niet te verwijten. Het stond de krant vrij om aandacht te besteden aan de door klager aangekaarte kwestie op de wijze zoals is gedaan. De journalist en zijn redactie zijn immers vrij in de selectie van nieuws. Dit brengt ook mee dat het aan de journalist is om te bepalen vanuit welke invalshoek(en) een onderwerp wordt belicht en in welke context het bericht wordt gebracht.

NHD/Schager Courant heeft de kwestie op een evenwichtige wijze beschreven, waarbij duidelijk onderscheid is gemaakt tussen feiten, beweringen en meningen. Daarbij is voldoende aandacht besteed aan de visie van klager over het zijns inziens dwangmatige en wettelijk niet toegestane afdoppen van gasaansluitingen in huurwoningen van en door Wooncompagnie. Dat klager graag had gezien dat ook was bericht over de door hem aangedragen bronnen, maakt de berichtgeving – mede gelet op de hiervoor beschreven vrijheid – niet onzorgvuldig.

NHD/Schager Courant heeft ten aanzien de woorden “Schandalig, harde dwang” toegelicht dat klager die woorden wel heeft geuit, maar mogelijk niet letterlijk in die volgorde. Gelet op de standpunten van de partijen en de overgelegde stukken acht de Raad het aannemelijk dat klager woorden van een dergelijke strekking heeft gebruikt om kenbaar te maken hoe hij aankijkt tegen de handelwijze van de gemeente. Bovendien is niet gebleken dat het citaat inhoudelijk gezien relevante onjuistheden bevat: klager spreekt zelf over dwang en vindt dat de handelwijze van de gemeente niet deugt. Het citaat geeft dan ook geen vertekend beeld van de visie van klager. Gelet op deze omstandigheden is de wijze waarop het citaat in het artikel is verwerkt niet ontoelaatbaar.

Tot slot heeft NHD/Schager Courant al op 8 augustus 2022 serieus op de klacht gereageerd. Dat klager zich daarin niet kon vinden, is onvoldoende voor de conclusie dat de klachtafhandeling onzorgvuldig is geweest.
De bezwaren die klager vervolgens aan de ombudsredactie heeft voorgelegd, weken niet zodanig af van zijn aanvankelijke klacht, dat de (hoofd)redactie daarin aanleiding had moeten zien om opnieuw te reageren. Gelet op wat de Raad hiervoor ten aanzien van de inhoud van het artikel heeft overwogen, bestond ook geen reden tot aanvulling of rectificatie van het artikel.
Het is spijtig dat vervolgens enige miscommunicatie is opgetreden over de klachtprocedure bij de ombudsredactie, maar gezien het voorgaande is dat evenmin onzorgvuldig en het siert de (hoofd)redactie dat zij daarvoor excuses heeft aangeboden.

Het voorgaande leidt tot de conclusie dat Zut, Hoogendoorn en NHD/Schager Courant journalistiek zorgvuldig hebben gehandeld.

Relevante punten uit de Leidraad: A., B.2, C., en D.
Relevante eerdere conclusies: RvdJ 2022/10, RvdJ 2020/16 en RvdJ 2018/14

CONCLUSIE

Zut, Hoogendoorn en NHD/Schager Courant hebben zorgvuldig gehandeld.

Zo vastgesteld door de Raad op 20 december 2022 door mw. mr. A.E. van Montfrans, voorzitter, mw. mr. N.A.M. van Herten, mw. L.M. van de Langenberg, mw. A Pruis en E.J. Schievink, leden, in tegenwoordigheid van mw. mr. D.C. Koene, secretaris, en mr. G.A. van de Sluis, plaatsvervangend secretaris.