2024/9 Ongegrond

X / F. de Jong en de hoofdredacteur van Omroep Brabant

Samenvatting

F. de Jong en Omroep Brabant (hierna gezamenlijk: Omroep Brabant) hebben bericht over de ervaringen van klaagster met pesten. Daarbij mocht Omroep Brabant ervan uitgaan dat al haar ervaringen in het artikel verwerkt konden worden, nu klaagster bewust – na te reageren op een oproep – aan het artikel heeft meegewerkt en daarover in een interview vrijuit heeft verteld. Omroep Brabant heeft de specifieke passage waartegen klaagster bezwaar had, alsnog verwijderd. De belangen van klaagster zijn dan ook voldoende in acht genomen. Verder is geen vertekend beeld van de visie van klaagster gegeven. Ten slotte bestond voor de hoofdredacteur vooralsnog geen aanleiding in te gaan op het verzoek om verwijdering van het artikelaangezien klaagster tegelijkertijd met dat verzoek de klachtprocedure bij de Raad is gestart. De klacht is daarom ongegrond.

Conclusie van de Raad voor de Journalistiek
inzake de klacht van

X

tegen

F. de Jong en de hoofdredacteur van Omroep Brabant

Mevrouw X te [woonplaats] (klaagster) heeft op 4 oktober 2023 een klacht ingediend tegen mevrouw F. de Jong en de hoofdredacteur van Omroep Brabant (hierna gezamenlijk: Omroep Brabant). Bij de beoordeling van de klacht is verder correspondentie van partijen betrokken van 5 oktober 2023, van 2 november 2023 en van 7 en 8 december 2023.

De klacht is behandeld op de zitting van de Raad van 15 december 2023. Namens Omroep Brabant waren De Jong en de heer R. Veenstra, hoofdredacteur, aanwezig. Klaagster heeft zich afgemeld.

DE FEITEN

Op 26 september 2023 heeft Omroep Brabant op de website een artikel van de hand van De Jong gepubliceerd met de kop “[voornaam klaagster] werd als kind gepest en ook haar zoon moest eraan geloven”.

De intro van het artikel luidt:
“[X] (52) uit [woonplaats] werd gepest toen ze op de lagere school zat. Ze ondervindt nog dagelijks de gevolgen. Haar zoon is inmiddels 30 en ook hij moest eraan geloven op de basisschool. [voornaam klaagster] denkt dat ze er allebei uitgepikt werden omdat ze klein waren voor hun leeftijd. In de Week tegen het Pesten doet ze haar verhaal.”

Het artikel bevatte aanvankelijk onder meer de volgende passage:
“Op de middelbare school ging het beter, maar [voornaam klaagster] was al veranderd door het gepest. “Ik wil het iedereen naar de zin maken. Ik kan geen nee zeggen. Ik laat over me heen lopen.” De rest van haar leven verliep erg stroef. “Ik ben misbruikt, verkracht en toen ik in een snackbar werkte, ben ik overvallen.”
Als [voornaam klaagster] zichzelf deze gebeurtenissen hoort opsommen, klinkt een zucht. “Het zou me niet verbazen als dat gepest op de basisschool me zo kwetsbaar heeft gemaakt dat ik daardoor doelwit werd voor anderen met slechte bedoelingen. Ik denk dat je kwetsbaarheid kunt uitstralen. Alles bij elkaar heeft ervoor gezorgd dat ik nu al een paar jaar een posttraumatische stressstoornis heb. Ik slaap slecht, heb nachtmerries, huilbuien en ben vaak in mezelf gekeerd. Ik heb al zoveel therapie en gesprekken over al deze narigheid gehad, maar ik kan het nog steeds niet achter me laten.””

Inmiddels luidt die passage:
“Op de middelbare school ging het beter, maar [voornaam klaagster] was al veranderd door het gepest. “Ik wil het iedereen naar de zin maken. Ik kan geen nee zeggen. Ik laat over me heen lopen.” De rest van haar leven verliep erg stroef.
Als [voornaam klaagster] hierover vertelt klinkt een zucht. “Het zou me niet verbazen als dat gepest op de basisschool me zo kwetsbaar heeft gemaakt dat ik daardoor doelwit werd voor anderen met slechte bedoelingen. Ik denk dat je kwetsbaarheid kunt uitstralen. Alles bij elkaar heeft ervoor gezorgd dat ik nu al een paar jaar een posttraumatische stressstoornis heb. Ik slaap slecht, heb nachtmerries, huilbuien en ben vaak in mezelf gekeerd. Ik heb al zoveel therapie en gesprekken over al deze narigheid gehad, maar ik kan het nog steeds niet achter me laten.””

Na de publicatie op 26 september 2023 heeft klaagster het volgende bericht naar De Jong gestuurd:
“heyy Femke,
Ik heb het verhaal gelezen, best heftig als je het zo terug leest. Het is iets anders omschreven en had niet verwacht dat het sexueel misbruik en verkrachting benoemd zou worden. Maar al met al heb je er een goed verhaal van gemaakt.”

Een dag later heeft zij onder meer het volgende gestuurd:
“Hoi Femke,
Ik heb van vriendinnen lieve reacties gekregen, maar helaas is mijn familie minder enthousiast. Mijn vader heeft het niet gelezen, heeft geen mobiel en snapt niets van internet. Mijn moeder heeft het hem ook niet laten lezen. Mijn moeder en zus hebben gereageerd omdat ik ernaar vroeg, mijn zoon waarover ik vertelde is gefrustreerd en nu ook gezeik met mijn ex. Ik zou mijn zoon om toestemming hebben moeten vragen. Ik heb in elk geval aangegeven dat ik expres zijn naam niet heb genoemd omdat ik al wist dat hij dit niet zou willen.
[…]
Ik krijg vanuit allerlei hoeken van Nederland vriendschapsverzoeken, daar ga ik echt niet aan beginnen, ik hou het nu vooral bij mezelf.
Ik heb geen spijt van het interview, wel ben ik geschrokken dat het misbruik en verkrachting ter sprake is gekomen, maar dat had ik je al verteld.
Ik had misschien aan je moeten vragen om het eerst te mogen lezen voor je het publiceerde, echter was ik in het Radboud Ziekenhuis en het was nogal een hectische dag.”

De Jong heeft daarop onder meer als volgt gereageerd:
“Kan me voorstellen dat het misbruikverhaal voor iedereen heftig is. Ik heb er daarom niet meer woorden aan vuil gemaakt dan nodig. Ik vond het wel belangrijk te melden omdat ik denk dat dat gepest je vatbaar heeft gemaakt voor het je letterlijk misbruiken. Het heeft je in elk geval niet steviger in het zadel gezet. Ik wilde hiermee laten zien dat pesten verder gaat dan het gepest op zich. Denk dat veel mensen die boodschap wel begrepen hebben.”

DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

Klaagster stelt – kort samengevat – het volgende. Hoewel tijdens het interview met De Jong ter sprake is gekomen dat zij is misbruikt en verkracht, had klaagster niet verwacht dat dit in het artikel terecht zou komen, omdat dat gaat over pesten. Zij was dan ook erg geschokt toen zij daarover las in het artikel. Veel mensen wisten niets van misbruik en verkrachting, en zij heeft negatieve reacties gekregen vanwege de vermelding daarvan in het artikel. Volgens klaagster had Omroep Brabant deze gevoelige informatie – die niets met het oorspronkelijke onderwerp te maken had – niet zonder haar toestemming en zonder voorafgaande inzage mogen publiceren, vooral omdat De Jong wist van haar posttraumatische stressstoornis. Omroep Brabant heeft hierin dan ook geen goede afweging gemaakt tussen het belang dat met de publicatie is gediend en de belangen van klaagster die hierdoor eventueel zouden kunnen worden geschaad.
Klaagster heeft direct na de publicatie aan De Jong laten weten dat zij geschokt was door de passage over misbruik en verkrachting. De Jong had haar toen moeten vertellen dat aanpassing van het artikel mogelijk was, in plaats van haar op therapeutische toon te woord te staan. Nu hoorde klaagster pas later, van de hoofdredacteur, dat die mogelijkheid bestond.
Verder meent klaagster dat zij onjuist is geciteerd in de zin “Het zou me niet verbazen als dat gepest op de basisschool me zo kwetsbaar heeft gemaakt dat ik daardoor doelwit werd voor anderen met slechte bedoelingen. Ik denk dat je kwetsbaarheid kunt uitstralen”. Dit is een eigen interpretatie van De Jong. Weliswaar heeft klaagster verteld dat haar leven niet altijd geweldig is geweest, dat zij moeilijk nee kan zeggen door de dingen die haar zijn overkomen en dat zij zich graag vrijer zou willen voelen en meer tijd voor zichzelf zou willen nemen, maar het citaat wekt nu de indruk dat zij nog in de slachtofferrol zit en dat is niet zo.
Tot slot vindt klaagster het onzorgvuldig dat de hoofdredacteur niet heeft gereageerd op haar verzoek om het artikel te verwijderen.

Omroep Brabant heeft daar – eveneens samengevat – het volgende tegenover gesteld. Voor haar bestond geen enkele twijfel om het volledige verhaal van klaagster, inclusief het misbruik en de verkrachting, te publiceren. Klaagster heeft op Facebook gereageerd op de oproep van Omroep Brabant “Ben jij ook gepest?”. Naar aanleiding daarvan is contact gelegd met klaagster en heeft een interview plaatsgevonden. Naderhand heeft klaagster ten behoeve van de publicatie ook nog een foto ingestuurd. Zij heeft dus bewust meegewerkt aan het artikel over pesten en kwam daarbij niet kwetsbaar over. Tijdens het telefonische interview heeft zij op de simpele vraag of het pesten langduriger gevolgen had, uitgebreid en open verteld over het misbruik en de verkrachting. Als zij daarbij had laten weten dat zij die informatie liever niet in het artikel opgenomen wilde hebben, dan was dat gehonoreerd. Omdat klaagster uit zichzelf met deze informatie kwam en daar zo open over sprak, bestond er geen aanleiding te veronderstellen dat dit niet in het artikel verwerkt mocht worden. Er zijn geen afspraken gemaakt over het vooraf ter inzage voorleggen van het artikel.
Verder is aan klaagster aangeboden om de passage uit het artikel te verwijderen. Dat de hoofdredacteur en niet De Jong dit aanbod heeft gedaan, komt omdat uit de correspondentie met De Jong niet bleek dat klaagster daar zodanig mee zat dat het artikel aanpassing zou behoeven. Hoewel klaagster niet op het aanbod heeft gereageerd, heeft Omroep Brabant de passage uit eigen beweging verwijderd. Omroep Brabant bestrijdt dan ook dat te weinig rekening is gehouden met de belangen van klaagster.
Verder is juist dat het weergegeven citaat niet letterlijk zo door klaagster naar voren is gebracht. Wel vallen haar woorden op die wijze samen te vatten, omdat zij met het interview als doel had anderen te laten realiseren dat pesten ook op lange termijn invloed heeft en dat anderen zouden moeten optreden.
Tot slot heeft klaagster het verzoek om verwijdering van het artikel tegelijkertijd gedaan met de mededeling dat zij zich tot de Raad zou wenden. Daarom en omdat verwijdering van het artikel in zijn geheel niet in de rede ligt, is de keuze gemaakt om eerst de behandeling van de zaak bij de Raad af te wachten.

BEOORDELING VAN DE KLACHT

De Raad stelt voorop dat een journalist en zijn redactie vrij zijn in de selectie van nieuws. Het is aan de journalist om te bepalen vanuit welke invalshoek(en) een onderwerp wordt belicht en in welke context het bericht wordt gebracht. Het voorgaande neemt echter niet weg dat de journalist in het algemeen een afweging moet maken tussen het belang dat met een publicatie is gediend en de belangen die eventueel door de publicatie worden geschaad.

Verder geldt dat citaten uit interviews niet mogen worden gebruikt in een andere context dan de geïnterviewde mocht verwachten, gelet op wat hem door de journalist werd meegedeeld. Wanneer de aard of de inhoud van de publicatie in de loop van het redactieproces zodanig worden gewijzigd, dat niet meer wordt voldaan aan wat de geïnterviewde redelijkerwijs mocht verwachten, moet hem of haar opnieuw om toestemming voor publicatie worden gevraagd.

Omroep Brabant heeft in dit geval een juiste afweging gemaakt tussen het belang dat met publicatie is gediend en de belangen van klaagster die daardoor eventueel zouden kunnen worden geschaad.
Daarbij is relevant dat klaagster bewust heeft meegewerkt aan het artikel over pesten. Niet is gebleken dat Omroep Brabant ten tijde van de publicatie al weet moest hebben van en rekening moest houden met een bijzondere kwetsbaarheid van klaagster. Aangezien zij tijdens het interview – naar aanleiding van de algemene vraag of zij op de langere termijn gevolgen heeft ondervonden van pesten – vrijuit heeft verteld over misbruik en verkrachting, mocht Omroep Brabant ervan uitgaan dat die informatie in het artikel verwerkt kon worden.
Omdat de informatie niet is gebruikt in een andere context dan klaagster mocht verwachten, behoefde Omroep Brabant klaagster niet om toestemming te vragen om in relatie tot het pesten te publiceren over het misbruik en de verkrachting.
Verder is een journalist in beginsel niet verplicht om voorafgaand aan de publicatie zijn concept voor te leggen aan een betrokkene. Dat kan anders zijn als daarover afspraken zijn gemaakt. Daarvan is in dit geval niet gebleken.
Bovendien heeft Omroep Brabant aangeboden om de passage over het misbruik en de verkrachting te verwijderen. Gezien de overgelegde correspondentie tussen klaagster en De Jong, zoals weergegeven onder ‘De Feiten’, is het begrijpelijk dat niet De Jong, maar de hoofdredacteur dat aanbod heeft gedaan in het kader van de afhandeling van de klacht. Ondanks dat klaagster niet op dat aanbod heeft gereageerd, heeft Omroep Brabant de betreffende passage alsnog verwijderd.
Al deze omstandigheden in aanmerking genomen bestaat geen grond voor de conclusie dat Omroep Brabant de belangen van klaagster onvoldoende in acht heeft genomen.

Ten aanzien van het door klaagster bestreden citaat heeft Omroep Brabant erkend dat klaagster de woorden inderdaad niet letterlijk zo heeft geuit. Gelet op de informatie van beide partijen en de overige passages in het artikel acht de Raad het evenwel aannemelijk dat het citaat de strekking van de woorden van klaagster bevat. Omdat het citaat aldus geen vertekend beeld geeft van de visie van klaagster, is de wijze waarop dit in het artikel is verwerkt niet journalistiek ontoelaatbaar.

Tot slot heeft de Raad er begrip voor dat Omroep Brabant nog geen beslissing heeft genomen op het verzoek om verwijdering van het volledige artikel, aangezien klaagster tegelijk met dat verzoek heeft aangekondigd haar klacht bij de Raad in te dienen. Verwijdering van het artikel is hangende de klachtprocedure minder passend. Bovendien kan de conclusie van de Raad van invloed zijn op de beslissing om het artikel al dan niet te verwijderen. Indien klaagster, ondanks de verwijdering van de passage over het misbruik en de verkrachting, na de conclusie alsnog verwijdering van het gehele artikel wenst, kan zij Omroep Brabant daarom verzoeken. Het verzoek zal dan alsnog beoordeeld moeten worden.

Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de klacht ongegrond is.

Relevante punten uit de Leidraad: A., C. en D.
Relevante eerdere conclusies (onder meer): RvdJ 2023/21, RvdJ 2022/40, RvdJ 2021/45 en RvdJ 2019/40

CONCLUSIE

De klacht is ongegrond.

Zo vastgesteld door de Raad op 1 maart 2024 door mr. S. Djebali, voorzitter, L.M. van de Langenberg MSc, A. Olgun, A. Pruis en drs. S.S. Sitalsing, leden, in tegenwoordigheid van mr. G.A. van de Sluis, plaatsvervangend secretaris.