Samenvatting
De Stentor heeft in het artikel “Lochemse B&B Love Bubbles mag definitief uitbreiden na vonnis Raad van State” aandacht besteed aan een bestuursrechtelijke procedure waarbij klager is betrokken. Er bestaat geen grond voor de conclusie dat de uitspraak van de Raad van State op een onjuiste wijze is vertaald. Ook verder is niet gebleken dat een vertekend beeld of onzorgvuldige weergave van de kwestie is gegeven. Op dit punt heeft de Stentor journalistiek zorgvuldig gehandeld. Ten aanzien van de vraag of klager is benaderd voor een reactie staan de standpunten van partijen lijnrecht tegenover elkaar. Omdat de Raad niet kan vaststellen welk standpunt juist is, onthoudt hij zich op dit punt van een oordeel.
Conclusie van de Raad voor de Journalistiek
inzake de klacht van
X
tegen
de hoofdredacteur van de Stentor
De heer X te […] (klager) heeft op 5 juni 2020 een klacht ingediend tegen de hoofdredacteur van de Stentor. Bij de beoordeling van de klacht is verder correspondentie betrokken van klager en de heer A. Besse, hoofdredacteur, van 20 juli 2020, 4 en 17 augustus 2020.
Vanwege de huidige corona-omstandigheden heeft klager verzocht om een schriftelijke behandeling van zijn klacht. De Stentor heeft daarmee ingestemd. De zaak is daarom buiten aanwezigheid van partijen behandeld op de zitting van de Raad van 21 augustus 2020.
DE FEITEN
Op 30 december 2019 is op de website van de Stentor een artikel verschenen met de kop “Lochemse B&B Love Bubbles mag definitief uitbreiden na vonnis Raad van State”. De intro van het artikel luidt:
“Na drie jaar van juridische strijd en verhitte raadsdiscussies, die de Lochemse politiek tot op het bot verdeelden, kan ondernemer Jalbert Kuijper van Bed & Breakfast Love Bubbles eindelijk zijn gedroomde recreatiekamers bouwen. De Raad van State zette 24 december een streep door bezwaren van omwonenden.”
Verder bevat het artikel onder meer de volgende passages:
“Het kostte de Lochemse politiek vervolgens veel gekissebis tijdens inspreekavonden, verhitte discussies en vele moties tijdens raadsdebatten om te komen tot een wijziging van het bestemmingsplan zodat Kuijper kon uitbreiden.”
en
“Zaligmakend bleek deze toestemming echter niet. Zijn luxueuze ‘Lotus’, een fraai houten buitenverblijf met sauna, moest Kuijper alweer afbreken van de gemeente. Dit nadat buurman [X] succesvol bezwaar had gemaakt bij de Gelderse Rechtbank. De Lotus klopte niet helemaal volgens het bestemmingsplan en de gemeentelijke Commissie Bezwaarschriften adviseerde daarom dat de Lotus moest verdwijnen. De geleden schade schatte Kuijper toen al op 40.000 tot 50.000 euro.
Daarnaast probeerde [X] het door de gemeenteraad goedgekeurde bestemmingsplan van tafel te krijgen door het aan te vechten bij de hoogste rechter van het land: De Raad van State.
Maar Kuiper is nu degene die het laatste lacht. De hoogste rechter heeft de onderdelen van het bestemmingsplan die gaan over de recreatiewoningen van Love Bubbles ‘onherroepelijk’ goedgekeurd.”
en
“Dus in 2020 gaat de uitgebreide B&B Love Bubbles er ondanks de vrees voor overlast bij omwonenden gewoon komen. Kuijper: „We hadden wel vertrouwen in een goede afloop maar we hebben op deze uitspraak gewacht voordat we de bouw gaan beginnen. Dat zal net na de winter zijn. Eindelijk. We hebben drie jaar vertraging omdat er één schreeuwende buurman als [X] is geweest.””
en
“[X] was niet bereikbaar voor commentaar.”
DE STANDPUNTEN VAN DE PARTIJEN
Klager stelt – samengevat – het volgende. De Stentor heeft zich herhaaldelijk schuldig gemaakt aan onjuiste, eenzijdige berichtgeving en framing. Dit is het gevolg van beïnvloeding door de heer Kuijper. De klacht is gericht tegen het artikel 30 december 2019, maar het gaat niet om een incident. Ter ondersteuning van zijn standpunt heeft klager gewezen op een artikel van 14 februari 2019.
Verder voert klager aan dat in het artikel van 30 december 2019 onjuist en niet-objectief is bericht over de uitspraak van de Raad van State; die berichtgeving had veel genuanceerder moeten zijn. Daarbij komt dat hij wordt genoemd zonder dat sprake is geweest van wederhoor en het controleren van feiten. In het artikel is ten onrechte vermeld dat hij niet bereikbaar was; op geen van zijn telefoonnummers heeft hij een oproep gemist. Klager vermoedt dat hij in het geheel niet is benaderd.
De Stentor stelt daar – eveneens samengevat – het volgende tegenover. Klager heeft op geen enkele manier onderbouwd dat sprake is van eenzijdige berichtgeving en framing waardoor hij zou zijn beschadigd. Het artikel van 30 december 2019 behelst een nieuwsbericht over een rechterlijke uitspraak. Van onjuiste, ongenuanceerde berichtgeving is geen sprake. Verder bestaat bij een dergelijk bericht geen journalistieke plicht tot het halen van wederhoor, aangezien een rechterlijke uitspraak bij uitstek een openbare bijeenkomst is. Desondanks heeft de verslaggever ter aanvulling op het bericht geprobeerd betrokkenen te laten reageren, onder wie de heer Kuijper. De verslaggever heeft herhaaldelijk getracht ook klager te bereiken, zowel direct als indirect, maar helaas zijn al deze pogingen gestrand.
BEOORDELING VAN DE KLACHT
De Raad zal zich beperken tot een oordeel over het artikel van 30 december 2019, omdat de klacht zich slechts daartegen richt.
In het artikel is aandacht besteed aan een bestuursrechtelijke procedure waarbij klager is betrokken en in dat verband is ook de achtergrond van de kwestie geschetst. De Stentor heeft ervoor gekozen om de uitspraak van 24 december 2019 van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, waarop het artikel is gebaseerd, in eigen woorden samen te vatten. Dit kan de begrijpelijkheid voor de lezers ten goede komen. Wel moet hiermee zorgvuldig worden omgegaan, zeker waar het gerechtelijke uitspraken betreft die met grote nauwkeurigheid van woordkeuze plegen te worden opgezet. Overigens is het in het kader van verslaggeving over rechtszaken toelaatbaar dat standpunten van betrokken partijen enigszins worden aangezet.
Klager heeft onvoldoende toegelicht, bijvoorbeeld aan de hand van de uitspraak, waarom sprake zou zijn van onjuiste, eenzijdige berichtgeving en framing. Dat in het artikel niet alle aspecten van de uitspraak aan bod zijn gekomen maakt het artikel niet zonder meer onjuist of eenzijdig.
Er bestaat geen grond voor de conclusie dat de uitspraak van de Raad van State op een onjuiste wijze is vertaald. Ook verder is niet gebleken dat een vertekend beeld of onzorgvuldige weergave van de kwestie is gegeven. Op dit punt heeft de Stentor journalistiek zorgvuldig gehandeld.
Ten aanzien van het toepassen van wederhoor overweegt de Raad het volgende. Nu het artikel met name verslaglegging van een rechtszaak en een schets van de achtergrond bevat, was het toepassen van wederhoor niet nodig. Wel is in het artikel een aanvullende reactie van Kuijper verwerkt, waarin hij zich uitlaat over klager. Aangezien klager bovendien met naam is genoemd, was het gepast om ook hem om een reactie te vragen. Of de Stentor dat heeft gedaan, zoals zij stelt maar klager betwist, kan de Raad echter niet vaststellen. Om die reden onthoudt de Raad zich op dit punt van een oordeel.
Relevante punten uit de Leidraad van de Raad: A en B.3.
Relevante eerdere conclusie van de Raad: RvdJ 2018/32, RvdJ 2016/33 en RvdJ 2016/11
CONCLUSIE
Voor zover de klacht betrekking heeft op het vragen om een reactie onthoudt de Raad zich van een oordeel. Verder was de handelwijze van de Stentor journalistiek zorgvuldig.
Zo vastgesteld door de Raad op 22 september 2020 door mw. mr. J.W. Bockwinkel, voorzitter, L.C. Hauben, J. Hoogenberg, mw. M. Stenneke en mw. A. Pruis, leden, in tegenwoordigheid van mr. N. Tibold, plaatsvervangend secretaris.