De Mores – De ‘journalistieke’ mores van een rijschoolhouder

Wat is nog het verschil tussen journalisten en degenen die zeggen journalist te zijn?

Onder de titel ‘de mores’ schrijft Frits van Exter over dilemma’s in de journalistiek, gebaseerd op de praktijk van de Raad voor de Journalistiek. De serie verschijnt op villamedia.nl en op deze site.

De hoofdredacteur van RTV Oost noemt het een gotspe dat hij zich moet verweren tegen een klager, die zich ook journalist noemt maar zelf alle journalistieke mores met voeten treedt. Zou de Raad voor de Journalistiek zich daarover niet óók moeten uitspreken?

De klager is Henrie Kamps. Hij voert al jaren een krijgstocht tegen het Centraal Bureau Rijvaardigheden in Enschede, omdat het hem als kleine rijschoolhouder zou boycotten. Hij zegt bovendien allerlei misstanden bij de organisatie te willen blootleggen.

Een van zijn methodes is het volgen en filmen van de auto’s waarin kandidaten hun praktijkexamen afleggen. Volgens het CBR doet hij dat zo hinderlijk dat examens moeten worden afgebroken. Kamps publiceert op zijn website ook foto’s en persoonsgegevens van examinatoren en journalisten, die volgens hem niet deugen. Hij noemt zich onderzoeksjournalist.

Het CBR wil dat Kamps stopt met zijn campagne. Een kort geding levert niet meer op dan een dwangsom en de aanmaning om zich ‘behoorlijk te gedragen’. De rechter beschouwt de gedaagde als journalist en meent dat hij recht heeft op ‘verdergaande bescherming’ om zijn ‘rol van watchdog in een democratische samenleving’ te vervullen.
De rijschoolhouder, ziet hierin een erkenning van zijn missie en hervat zijn campagne.

De regionale media volgen de zaak.  RTV Oost interviewt een zeventienjarige, die zijn rijexamen in de mist zag gaan, en publiceert een portret van Kamps. Hij dient daarop een klacht in bij de Raad. De berichtgeving is volgens hem ‘suggestief, lasterlijk en smadelijk’ en het wederhoor deugde ook niet.

De Raad voor de Journalistiek acht de klacht van de rijschoolhouder ongegrond, maar zegt niet tegemoet te kunnen komen aan het verzoek van de hoofdredacteur van RTV Oost om ook een oordeel uit te spreken over de journalistieke handelwijze van Kamps. Hij acht zo’n uitspraak ‘van groot maatschappelijk belang, omdat hij de status van journalist misbruikt voor zijn persoonlijke strijd tegen het CBR, op een wijze die uitermate schadelijk is voor de beroepsgroep.’

De hoofdredacteur wijst erop dat de Nederlandse Vereniging van Journalisten de rijschoolhouder in 2023 heeft geroyeerd wegens bedreigingen aan het adres van collega’s. Wie wil weten waarom hij ooit kon toetreden tot de NVJ, moet bedenken dat de beroepsorganisatie eigenlijk geen onderscheid maakt tussen degenen die journalist zijn en die dat zeggen te zijn. De lat ligt laag en je moet het, zoals Kamps, ook wel heel bont maken om weer uitgestoten te worden. En dan nog kun je je, met een beroep op de persvrijheid, bij de rechter blijven beroepen op je status als journalist.

Formeel kan de Raad voor de Journalistiek zich niet uitspreken over een tegenklacht in een verweer. Hij bepaalt ook niet of iemand een ‘echte’ journalist is. Hij beoordeelt slechts of iemand zich als een ‘echte’ journalist gedraagt. Het is aan beroepsorganisaties en rechters om te bepalen wat de criteria zijn.

In de zaak van de rijschoolhouder had RTV Oost op zijn beurt een klacht kunnen indienen tegen zijn publicaties. Zo’n rolverwisseling is misschien ongemakkelijk, maar zou wel kunnen helpen het in deze tijd broodnodige onderscheid te vergroten.

Overigens heeft de burgemeester van Enschede ‘de journalist’ inmiddels een gebiedsverbod opgelegd. Kamps heeft aangekondigd zijn onderzoek te verleggen naar andere CBR-locaties.

Frits van Exter is voorzitter van de Raad voor de Journalistiek. Hij heeft geen stem bij de beoordeling van klachten. Hij verwoordt slechts zijn eigen mening.